Boek
Nederlands

Het ministerie van opperst geluk

Arundhati Roy (auteur), Tjadine Stheeman (vertaler), Lidwien Biekmann (vertaler)

Besprekingen

Het land van de eeuwige verschoppelingen

Roman. Twintig jaar geleden won Arundhati Roy (55) de Booker Prize met De god van kleine dingen. Het werd een wereldwijd succes. Na een carrière als het geweten van haar geboorteland India is ze terug met een tweede roman. En wat blijkt? Ze kan het nog. Beter dan ooit zelfs.

In Delhi wordt een jongen geboren. Of is het een meisje? Wanneer de kersverse moeder het hulpeloze wezentje van dichtbij bekijkt, blijkt het immers onderaan de balzak een klein spleetje te hebben. Aftab is een hijra, een transgender die in de Indiase maatschappij ergens tussen hoer en madonna in zit.

Naarmate hij ouder wordt, voelt Aftab zich meer tot zijn lotgenoten aangetrokken. Hij ontdekt dat velen onder hen samenwonen in het Khwabgah, het Huis der Dromen, en ook hij neemt daar uiteindelijk zijn intrek. Hij laat zich ombouwen tot vrouw, neemt de naam Anjum aan en wordt het uithangbord van zijn soort en generatie.

Anjum komt op tv en staat in alle bladen, maar ze zal ook altijd een verschoppeling blijven. 'Weet je waarom God hijra's heeft geschapen?' vraagt haar vriendin Nimmo. 'Het was een experiment. Hij besloot iets te maken, een levend wezen dat niet in staat is tot geluk. En dus maakte hij ons.'

Herkenbaar vr…Lees verder

Veelkleurige chaos

Roman. In Arundhati Roys tweede roman in twintig jaar is de stad Delhi het echte hoofdpersonage.

Arundhati Roy wilde iedereen een podium geven in haar tweede roman, Het ministerie van Opperst Geluk. Van de hijra's - mannen die voor vrouw aanzien willen worden - tot de bedelaars, de hongerstakers en de vluchtelingen. Anjum, een hermafrodiet die door de ouders als jongen wordt opgevoed, opent een pension op een begraafplaats en noemt het 'de plek van de vallende mensen'. In de ogen van de machthebbers bestaan deze mensen niet. Roy laat haar licht op ze schijnen in een roman die - dat kan haast niet anders - veelkleurig, episch en chaotisch uitpakt.

Ze klinkt soms spottend en bitter, soms verontwaardigd en soms hoopvol over het land waaraan ze haar hart heeft verpand. Als lezer besef je hoe weinig je weet over India, hoe complex het kaartenspel is dat er wordt gespeeld, zelfs voor de betrokkenen. Zo getuigt een lid van de inlichtingendienst over 'de negen versies van de “ware” islam die elkaar in Kasjmir de tent uitvechten'.…Lees verder

Literaire splinterbom

Twintig jaar na haar met de Booker Prize bekroonde debuut De god van kleine dingen verschijnt de tweede roman van Arundhati Roy. In Het ministerie van Opperst Geluk haalt ze twee decennia van schijnbare achterstand moeiteloos in met een wervelwind aan in elkaar grijpende verhalen.

De verwachtingen voor deze tweede roman van Arundhati Roy waren hooggespannen. Niet verwonderlijk als je debuut met de Booker bekroond is en je er vervolgens twintig jaar lang het literaire zwijgen toe doet. Niet dat Roy sindsdien geen letter meer op papier gezet had: ze ontpopte zich tot een hyperactieve Indiase activiste, schreef vlammende essays en kritische non-fictie en draaide geëngageerde documentaires. Ze richtte haar pijlen daarbij op zowat alles wat volgens haar misgaat in India en de rest van de wereld. Zo kloeg ze het kastenstelsel aan, trok ze van leer tegen de corruptie in de Indiase politiek, kantte ze zich tegen het hindoenationalisme, ontpopte ze zich tot antiglobaliste, bekritiseerde ze de staat Israël en de rol van de VS in Afghanistan, voerde ze actie tegen de kap van het regenwoud en voor de onafhankelijkheid van Kasjmir. Herhaaldelijk joeg ze de Indiase publieke opinie tegen zich in het harnas.

Ook in Het m…Lees verder

Twee verhaallijnen komen samen in deze caleidoscopische geschiedenis van India en Kasjmir vanaf 1975. Anjum is een hijra (vrouw in mannenlichaam) die na een bestaan als prostituee haar bestemming vindt op een begraafplaats in Old Delhi, waar ze een paradijselijk gastenverblijf sticht voor uitgestotenen. S. Tillottama's leven is nauw verweven met dat van haar drie studievrienden: een geheim agent, een progressieve journalist en haar geliefde, de Kasjmirse vrijheidsstrijder Musa. Samen met een baby vindt zij onderdak bij Anjum. Deze persoonlijke verhalen raken ondergesneeuwd door fragmenten van andere verhalen, van slachtoffers van opstanden en geweld, dat onverbloemd wordt beschreven. De veelheid aan persoons- en plaatsnamen is overweldigend. Tegelijk geeft dit goed weer hoe persoonlijke levens vermorzeld worden door politieke conflicten en milieurampen. Dat een van de weinige oases op een begraafplaats te vinden is, is symbolisch. Een belangrijk, ontroerend, vaak schitterend geschreve…Lees verder

Over Arundhati Roy

Suzanna Arundhati Roy (Shillong, Meghalaya, 24 november 1961) is een Indiaas (Engelstalig) schrijfster en politiek activiste.

Leven

Arundhati Roy is de dochter van een Syrisch-christelijke moeder en een hindoe-vader, eigenaar van een theeplantage. Haar jeugd bracht ze door in Aymanam, een dorp in Kottayam (district), Kerala. Toen ze 16 was ging ze naar Delhi en startte met een studie aan de Delhi School of Architecture; daar leerde ze ook haar eerste man kennen. In 1984 ontmoette ze haar tweede man, de filmmaker Pradeep Kishen. Hij introduceerde haar in de filmwereld. Ze speelde eerst enkele kleinere rollen en begon later ook draaiboeken te schrijven (In Which Annie Gives it Those Ones, Electric Moon en de televisieserie Banyan Tree).

The God of Small Things

In 1992 begon Arundhati Roy te werken aan haar eerste roman…Lees verder op Wikipedia